Terug naar overzicht
Mike Lehnkering Mike Lehnkering
± 2 min

Een zwemdiploma betekent niet dat je kan zwemmen

Deze week gaf Mike les over de keten van overleving voor drenkelingen aan toezichthouders van zwembaden.

Op de vraag; “Welke preventieve maatregelen nemen jullie om verdrinkingen in jullie zwembad te voorkomen?” kwamen na een moment bedenktijd een aantal antwoorden;

  • Huisregels bij de douches
  • Kettingen om de duikplank en glijbaan te sluiten
  • Vleugeltjes in bruikleen
  • Goed op geleidde toezichthouders
  • Controle op zwemdiploma’s bij de kassa.

Op dit laatste antwoord werd Mike getriggerd. Waaruit bestaat deze controle? Moet ik mijn zwemdiploma meenemen naar het zwembad? En geldt dit alleen voor minderjarige kinderen? Of voor kinderen onder de 1,65 meter?

We discussiëren door op het laatste antwoord. Wat blijkt? Wanneer de kassamedewerker twijfels heeft over de zwemvaardigheid van het kind wordt er gevraagd of dit kind een zwemdiploma heeft. Is dit zo? Dan is het oké en mag het kind gaan zwemmen. Wanneer dit niet het geval is, moet het kind onder begeleiding van een volwassene zwemmen. Sommige toezichthouders laten het kind voorzwemmen om te toetsen of het kind veilig kan zwemmen. Andere laten het kind gebruik maken van drijfhulpmiddelen of ontzeggen de toegang tot het wedstrijdbad.

Al pratende kwamen wij tot de conclusie dat het heel vreemd is om bij de kassa te vragen naar een zwemdiploma zonder dat deze fysiek overhandigd hoeft te worden. Maar stel nu dat dit diploma overhandigd wordt. Wat zegt dit over de zwemvaardigheid van dit kind?

Uit onderzoek van Hogeschool Windesheim blijkt dat 5 tot 10 procent van de kinderen met een B-diploma bij het overdoen van dit examen niet zal slagen. De oorzaak hiervan? Kinderen tussen de 5 en 7 jaar moeten nieuwe vaardigheden vaak blijven herhalen om het te laten beklijven. Opleiden voor het zwemdiploma en na het afzwemmen niet regelmatig laten zwemmen zorgt ervoor dat het zwemmen verleerd wordt. 

Daarnaast kwam ook nog ter sprake dat niet alleen kinderen een vergrote kans hebben op verdrinking. Ook bezoekers van 60 jaar en ouder hebben een vergrote kans op verdrinkingen, aldus het Centraal Bureau voor de Statistiek. Hoe gaan wie hier mee om? Heeft deze bezoeker ooit zwemles gehad of heeft hij zichzelf leren zwemmen? Wat zegt dit over de zwemvaardigheid van deze doelgroep?

Een interessant gesprek waarbij we al pratende erachter komen dat het hebben van een zwemdiploma niks zegt over de zwemvaardigheid en dat het moeilijk is dit te objectiveren. Het is onmogelijk om iedere bezoeker een zwemtest te laten ondergaan voorafgaand aan het bezoek.

Het blijft dus van groot belang dat de toezichthouders zich bewust zijn van dit gevaar en dat zij de signalen van het verdrinkingsproces herkennen tijdens het toezicht houden.

Het is belangrijk dat de toezichthouders ook de juiste trainingen hebben gevolgd, zodat ze weten hoe ze moeten handelen en een verdrinkingsproces vroegtijdig kunnen herkennen. Life-Line-Trainingen geeft trainingen om verdrinkingsongevallen te voorkomen in zwembaden. Wil je meer informatie over onze trainingen of wil je graag dat wij een training komen geven? Neem dan contact met ons op.